dinsdag 13 oktober 2020

Recensie 'Pier Paolo Pasolini - De nachtegaal van de katholieke kerk'

Als afgestudeerd filmwetenschapper valt de naam Pier Paolo Pasolini voor ons in het rijtje Vittorio De Sica, Luchino Visconti, Michelangelo Antonioni, Federico Fellini -en andere grootheden uit de Italiaanse cinema. Wellicht meer nog dan voor deze anderen geldt voor Pasolini de term ‘cinema poesia’ - film als poëtische daadkracht.


Kunstvormen

Pasolini was een man die in vele kunstvormen thuis was (naast filmmaker was de man onder meer actief als dichter, journalist, filosoof, toneelschrijver, politiek activist en schilder), maar de poëzie kan als een van de grondvesten van zijn artistieke bestaan worden gezien. Voordat zijn dichterlijke benadering van film gemeengoed werd, verschenen er reeds verschillende dichtbundels van zijn hand, doch weinigen werden in het Nederlands vertaald. “In de vorm van een roos” (1971), “De as van Gramsci” (1989), en “Vaarwel en beste wensen” (2012) getuigen van Nederlandstalige aandacht voor het dichtwerk van Pasolini, waarbij de laatste gedichten uit de eerste twee bevat.



Zielenroerselen

Nu is daar ‘De nachtegaal van de katholieke kerk’ - een bloemlezing uit het werk “L'Usignolo della Chiesa Cattolica”, oorspronkelijk uitgebracht in 1953 en nu door Huis Clos voor het eerst in het Nederlands op de markt gebracht. Het werk geeft een fantastisch inzicht in de vroege zielenroerselen van de jonge Pasolini, die zich in tweestrijd begeeft tussen onschuld en schuld, tussen het Noord-Oosterse dialect van het Friulisch van zijn moeder en het Italiaans van zijn vader (en de Staat/de Kerk). Aan de ene kant streeft Pasolini naar puurheid, oprechtheid, altruïsme. Hij denkt dit te vinden in het gebruik van de taal van de kleine landelijke gemeenschap, maar gaandeweg beseft hij zich dat het Italiaans de sleutel is naar het hogere echelon waartegen hij zich zowel afzet als onderdeel van wil zijn. Hij strijdt tegen het fascisme en vindt in de beeldvorming van de katholieke kerk een middel hiertoe, door het zich toe te eigenen en om te vormen naar zijn eigen beelden, geladen door (homo-)erotische beschouwingen -zonder daarbij de erotiek an sich voorop te stellen.


Onschuld

Bij Pasolini staat alles in het teken van het bedwingen van de schuld in de schaduw van de onschuld, in het licht van de ‘dageraad’, zoals in het als zodanig getitelde werk: “Een ander licht wekt mij / en doet me wenen / om dagen die vervliegen / alsof ze schaduwen zijn.” Het klassieke Oedipus-complex is gekoppeld aan deze strijd, zoals in ‘Mater Involiata’, onderdeel van het gedicht ‘Litanie’: “Van uw kleed valt / een hagelwit licht / van lelies en dageraden / en verblindt uw zoon. / Moeder! Zo zuiver is dat licht - / uw dijbeen lijkt van sneeuw te zijn.” Het lezen van de gedichten zorgt soms voor een vreemde gewaarwording, wanneer het vereren van (het lichaam van) Christus voorzien is van een licht blasfemische ondertoon. “Christus, je lichaam / als van een jong meisje / is door twee vreemden / genageld aan het kruis: / twee flinke jongens / rood zijn hun schouders, / blauw zijn hun ogen. / Ze slaan de spijkers / en de lendendoek / trilt rond uw buik...”


Worsteling

Deze bundel maakt op prachtige wijze duidelijk dat de jonge Pasolini worstelde met het vinden van zijn stem, zijn taal, zijn middel om tot de wereld te treden en deze te duiden. Het vertaalwerk van Yolanda Bloemen verdient een pluim en het nawoord van historicus Floris Meens helpt het werk te duiden in het oeuvre van Pasolini. Huis Clos mag trots zijn op deze geweldige toevoeging aan de Nederlandstalige aandacht voor het werk van deze Italiaanse geweldenaar, die helaas te vroeg en onvrijwillig het leven heeft moeten verlaten.



Text: Niels Tubbing
Geschreven voor: Gonzo (circus)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten